Vroeger, toen je sms’jes nog per post verstuurde, keek ik erg uit naar Koninginnendag. Op mijn basisschool, de Wilhelmina, hoefden we dan namelijk een keer niet het indoctrinerende en bovendien zeer geschikt om in canon te zingen en daardoor zeer aanstekelijke ‘danku voor deze nieuwe morgen’ ten gehore te brengen, maar klonk het Wilhelmus door de protestante gangen van het schoolgebouw. Leve de Koningin! Hoera! Hoera! Hoera! Daar is mijn liefde voor het Koningshuis ontstaan en dat verklaart wellicht waarom ik nu tot over mijn oren verliefd ben op Maxima, al speelt haar Argentijnse achterwerk daar met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid ook niet bepaald een bijrol in. Na het zingen van het Wilhelmus mocht onze klas alle troep die van zolders was gehaald op een kleed op het schoolplein stallen. Op het schoolplein verschenen er ineens busjes vol Turken, die er uiteindelijk voor een dubbeltje vandoor gingen met je oude cassetterecorder.
Alle kinderen waren verkleed. Ik was verkleed als Lancelot van Brederode. Een Watergeus. Voor wie niet weet wie de Watergeuzen zijn: ga je met aan lichtsnelheid grenzende rapheid het nationalistische graf in schamen! Jan Klaassen was trompetter in hetzelfde leger van de Prins, dat van Alkmaar naar Den Briel marcheerde! De Watergeuzen speelden een doorslaggevende rol tijdens de Tachtigjarige Oorlog. Het ligt eraan hoe je het bekijkt, want de Spaanse Koning, die de CEO van onder andere de Lage Landen was, zal ze hebben gezien als terroristen, terwijl zijn tegenstanders, de protestante Noordelijke Nederlanders zichzelf zagen als vrijheidsstrijders. Winnaars mogen de geschiedenis schrijven, dus de Watergeuzen zijn onze nationale helden en staan op gelijke voet met Prins Bernhard, B100, Cruijff, Ramses Shaffy, Stanley Menzo, Stadhouder Willem III en Alfred Jodokus Kwak.
Tegenwoordig zie ik Koninginnendag wat anders dan in Geuzenpak rommel slijten aan Turkse Nederlanders. Koninginnendag is de achteraf toch altijd weer tegenvallende dag waarop je je kater wegdrinkt van Koninginnennacht. De puberale houding van ‘ik verwacht er maar niets van, dan kan het nooit tegenvallen’ is op zijn plaats met Queensday. Ik denk dat mijn liefde voor de verjaardag van Bea tijdens de middelbare school wat is afgezwakt. Het is dan ook niet fijn om met het alcoholzweet op je voorhoofd honderden oranje tompoucen te moeten scheppen. Service met een gemaakte glimlach! Ook voor de vliegensvlugge tompoucenschepper die ik was, was deze dag geenszins een pretje. Zeker niet met de gedachte dat al je vrienden en vriendinnen zich op dat moment te goed doen aan allerhande alcoholische versnaperingen in een ambiance van oranje TMF gekte op het Museumplein. Een plein waar ik vandaag de dag nog niet dood gevonden zou willen worden op Koninginnendag, maar toen dacht ik daar heel anders over. Dit jaar ga ik Queensday in het Tilburgse vieren. Uiteraard leg ik vantevoren wel een kleine bodem met een oranje tompouce van de HEMA!