Robert ten Brink: een wingman van likmevestje!

Het was tijd voor een biertje vrijdag. Na een week van noeste arbeid en het verwelkomen van veel nieuwe klantjes mocht de werkweek op gepaste wijze worden afgesloten. Daar leent zich het drinken van een koud biertje meer dan uitstekend voor. We begonnen met een rondje varen op de mooie boot van een collega. De zon deed een fijne duit in het spreekwoordijkje zakje. Bij het passeren van de ambtswoning van onze incompetente burgermoeder kon ik niet anders dan recalcitrant een koud blikje Heineken ad fundum naar binnen werken. De gedachte aan Halseme maakte naast een belerend opgeheven vingertje je reinste afgunst in mij los. Bah bah! Na het boottochtje werd het tijd om onze nieuwe lead gen stagiaire te introduceren met het begrip Kabouterbiertje aan de toog van mijn stamcafé Myrabelle. Daar waar ik er al vrij zeker van was dat onze noviet de trein naar huis niet zou gaan halen deze avond, zo wist hij ons met zijn puppy ogen te verwittigen van zijn voornemen om toch snel thuis te geraken. Ik had er slechts twee woorden voor. ‘Dom hoor!’

Omdat we het mooie principe van ‘eating is cheating’ samen met onze wilde haren reeds achter ons hebben gelaten, werd besloten het feestgedruis voort te zetten in een etablissement alwaar er ook een vorkje geprikt kon worden. Het nieuwe restaurant Sjefietshe in de Pijp. Een aanrader! Al was het maar om de voortreffelijke Riesling op de kaart, die ook door onze noviet gretig soldaat werd gemaakt. Nog steeds hield hij dapper (lees: naïef) vast aan zijn voornemen snel thuis te geraken. Het was pas in de Pianobar dat hij zich realiseerde dat het beter was deze naïeve gedachte voort te laten kabbelen in de flow van de avond.  Zoals altijd bood ik de noviet in kwestie een slaapplek aan op mijn bank aan.

Ondertussen had het alcohol promillage een ietwat bedenkelijk niveau bereikt. Het niveau waarop vrienden met een relatie menen de Robert ten Brink te moeten uithangen bij hun vrijgezelle vrienden. Zo kon het gebeuren dat ik werd voorgesteld aan een schaars geklede dame van Russische origine. Hoe troebel moeten je zintuigen zijn geweest om niet tot de conclusie te komen dat dit een dame van lichte zeden was? Tering zeg! Nu ben ik een open mind mens, doch wilde ik onze noviet niet al te choqueren. In het kader van professionaliteit liet ik deze dame dan ook, na twee niet laffe cocktails en een monoloog mijnerzijds aangaande de Russische politieke situatie, met rust. Professionaliteit meets professionaliteit, want de dame in kwestie had de vier *Gèèn Tonic toch echt op professionele wijze op mijn rekening weten te krijgen. Hoefde ik niets voor te doen. Nastrovja! Veertig euro lichter!

Robert ten Brink had inmiddels het initiatief genomen om ‘ for old times sake’ een borreltje te gaan drinken in de Players. Altijd gezellig en ondanks dat het niet meer zo druk is als vroeger tijden, kun je er nog steeds een prima dansje wagen. Bovendien ben ik stiekem een beetje verliefd op de bardame aldaar. Bij haar bestelde ik dan ook opgewekt een espresso martini, maar dan met Jenever in plaats van Martini, welke was bedoeld zijnde slaapmutsje. Ik was met de dame in kwestie aan het keuvelen over een snel te organiseren dinertje voor twee. Robert ten Brink zou zijn naam als matchmaker maar laffe eer aan hebben gedaan als hij op dat moment niet de zojuist bestelde Espresso Jenever op geheel eigen wijze op mijn witte overhemd zou doen laten belanden. Dus eerst werd ik door hem aan een Russische hoer gekoppeld en nu dit? Lekker bezig Robert. Lekker bezig.  Ik kon het slechts duiden in drie woorden“Man, man, man.” Of zoals men dit in het Spaans duidt: “Hombre, Hombre, Hombre.” Gelukkig wilde de bardame nog wel met me uit eten. Robert laten we donderdag lekker thuis.

*Brabants voor Gin Tonic