Pluizig tuig (2)

Het zal je maar gebeuren dat je op je vrije dag belandt in de Mediq apotheek. Helaas overkwam het mij vandaag. Ik was daar voor het kopen van hoestcapsules. Uiteraard heeft mijn ochtendhoest niets van doen met het roken van sigaretten. Steevast maak ik mezelf wijs dat ik kou heb gevat als mijn rochels en ik hun dagelijkse strijd voeren boven het doucheputje. De apotheek bleek het domein van de huisvrouw en de bejaarde medemens. Omdat een inmiddels rood aangelopen huisvrouw voor het hele bejaardentehuis medicijnen kwam halen, stond ik hier nog wel even. De gesprekken gingen voornamelijk over hormonen en ziek zijn. Ik voelde mij als een soort antropoloog, die een nieuwe stam had ontdekt in het diepe oerwoud van Brazilië. Er ging een voor mij tot dusver onbekende wereld open!  De wereld van omgekeerde opschepperij.

Een van de huisvrouwen begon vrolijk te vertellen hoe haar ingegroeide teennagel was gaan ontsteken. Haar buurvrouw vertelde over haar opvliegers.  De opvliegers werden door een bejaarde vrouw geattaqueerd met haar reuma waarop een andere lelijke vrouw dat listig wist te chargeren door het inzetten van haar onlangs geopereerde ontstoken blinde darm, verkoudheid en migraine. Uiteraard kon ik niet achterblijven in dit bijzondere gevecht om medelijden. “Schaamluis is ook niet alles,” zei ik terwijl ik met mijn hand een kleine ‘Al Bundy- imitatie’ weggaf. Ironie bleek een gevaarlijk goed in een ruimte waar oestrogeen de boventoon voert.  De gemene blikken van de zieke huisvrouwen zijn dodelijk!  Even voelde ik mij weer die kleuter met een pleister tegen scheelheid onder zijn regenboog montuurtje. Luiheid zat er bij mij al vroeg in. Zelfs mijn ogen beschikten over die ondeugdelijke eigenschap. Volgens mijn moeder, die een innige en intense band onderhoudt met haar schoonfamilie, zijn dat duidelijk de genen van mijn vaders kant, maar dit terzijde.

Een half uur heb ik daar met een rood aangelopen kop gestaan alsof ik degene was die last had van opvliegers. Net als de antropoloog die de Braziliaanse stam bestudeerde, was ik in de kookpan beland. ‘Don’t fuck met in de overgang zijnde vrouwen!’ Ik beloofde mijzelf nooit meer een bijdehante opmerking te maken in het bijzijn van zoveel met hun gezondheid tobbende vrouwen. Mijn self confidence was tot een gevaarlijk dieptepunt gedaald! Weet iemand hoe het voelt als het stickertje van de juf voor het goed oplezen van de tafel van 2 niet in je schriftje wordt geplakt maar op je oogpleister? Het was misschien wat aan de vroege kant voor mijn vriend Jack, maar ik was duidelijk toe aan een goede borrel. Gemene huisvrouwen!